Vaccineren bij de volwassen hond
Enten op maat
Het enten van honden en katten is de laatste jaren regelmatig ter sprake gekomen. Nieuwe ontwikkelingen op het gebied van vaccins hebben ervoor gezorgd, dat er veel discussie is ontstaan over het entschema. Sinds enkele jaren hanteert Dierenkliniek Goeree Overflakkee de werkwijze enten op maat. Hiermee bedoelen we, dat elk dier wordt gevaccineerd op een voor het individuele dier optimale manier.
Hoe zit dat nu?
De entstoffen bestonden vroeger allemaal uit dode ziekteverwekkers. Soms betrof dit virussen of bacteriën, die bij de hond of kat geen ziekte veroorzaakten, maar wel erg leken op de ziekteverwekker waarvoor we vaccineren en daarom toch afweer gaf. In de meeste gevallen waren het echter de echte ziekteverwekkers, die door een behandeling dood waren gemaakt. Door deze ziekteverwekkers in het lichaam te brengen, herkent het immuunsysteem deze kiemen en bouwt het lichaam een afweer op. Nadeel van deze manier van enten was de (relatief) geringe opbouw van afweer; dode kiemen geven een minder sterke reactie dan levende kiemen. Daarnaast bleek het oplosmiddel (het adjuvans) van dode vaccins in sommige gevallen voor nadelige bijwerkingen te zorgen. Tegenwoordig bestaan veel entstoffen uit levende, geattenueerde ziekteverwekkers. Dit houdt in, dat de kiemen niet gedood zijn, maar nog leven. In het lichaam vermeerderen deze kiemen zich zelfs vaak nog! Wel zijn zij zo behandeld, dat zij geen ziekte veroorzaken. Het grote voordeel hiervan is, dat de afweer hier sterker op reageert en dus ook een betere weerstand wordt opgebouwd. Zo geven sommige entstoffen en afweer van wel meer dan twee jaar! Jaarlijks herhalen van dit soort entingen is dus niet meer noodzakelijk!
Wanneer moet mijn dier nu komen voor de enting?
In principe moet elk dier jaarlijks worden ingeënt. Uitzonderingen zijn hier eigenlijk niet op. Bij de enting wordt uw dier volledig nagekeken, waardoor vaak vroegtijdig behandelen van (nog niet) opgevallen ziekteverschijnselen mogelijk is. Controle van uw dier is belangrijk! Welke enting op welk moment gegeven wordt, hangt af van uw dier en van zijn situatie. In grote lijnen houden wij in Dierenkliniek Goeree Overflakkee het volgende schema aan.
Leeftijd |
Vaccinatie |
6 weken | Hondenziekte en parvo |
9 weken | Parvo, hondenziekte, besmettelijke leverontsteking en Weil. Eventueel besmettelijke hondenhoest |
12 weken | Parvo, hondenziekte, besmettelijke leverontsteking en Weil. Eventueel Rabiës |
1 jaar | Parvo, hondenziekte, besmettelijke leverontsteking en Weil. |
2 jaar | Weil |
3 jaar | Weil |
4 jaar | Parvo, hondenziekte, besmettelijke leverontsteking en Weil. |
enz |
Zoals uit het schema blijkt, wordt voor honden de enting met Leptospirose (ziekte van Weil) jaarlijks herhaald. Deze entstoffen geven een betrouwbare bescherming van een jaar, niet veel langer. De overige entstoffen uit de cocktailenting geven bij gezonde, jonge dieren een periode van 3 jaar, waarin uw dier goed beschermd is. Dit is uit recente onderzoeken gebleken. In sommige gevallen zal van dit schema worden afgeweken, bijvoorbeeld bij ziekte of bij oudere dieren. Deze dieren hebben een verminderde weerstand en kunnen dus een extra steuntje in de rug gebruiken. Bij deze dieren zal geadviseerd worden het dier wat vaker te enten met de gehele cocktailenting.
Verschillen in adviezen
Er is van veel entstoffen nog niet geheel duidelijk hoelang deze precies een betrouwbare bescherming geven. Dit is ook de reden dat lange tijd elk jaar de gehele cocktailenting is gegeven. Met de loop der jaren komen we er steeds beter achter hoe lang elke entstof werkt. Het entschema wordt daardoor ook regelmatig herzien. Er is nog behoorlijk wat onduidelijkheid rondom de lengte van de werkingsduur, daarom zullen ook niet alle dierenartsenpraktijken hetzelfde entschema aanhouden. Omdat wij van mening zijn dat de dieren niet onnodig belast moeten worden met entingen, proberen wij een zo actueel mogelijk entschema aan te houden, waarbij wij ons houden aan de richtlijnen van de afdeling Virologie van de Faculteit der Diergeneeskunde en van de Veterinary Cancer Society (VCS), afdeling vaccinations.
Als uw dier alle puppyvaccinaties heeft gehad (6, 9 en 12 weken en na 1 jaar de herhaling) kunt u er voor kiezen om in plaats van de cocktailvaccinatie te geven, eerst een vacciecheck te doen of ook wel titeren genoemd. Op 4 jarige leeftijd zou dit dus voor het eerst kunnen. Met het titeren wordt er gekeken hoe sterkt de bescherming tegen de verschillende ziektes is. Indien er nog voldoende bescherming is, is het alleen nodig om te vaccineren tegen de ziekte van Weil. De titer wordt dus alleen bepaald indien de cocktailvaccinatie nodig zou zijn. Het heeft geen zin (en is ook niet mogelijk) om de titer voor de ziekte van Weil te bepalen omdat hiervan bekend is dat deze maar 1 jaar bescherming biedt. Deze moet dus elk jaar herhaald worden. Lees hier meer over de Vaccicheck – Titerbepaling
Overige entingen
Dieren (honden en katten) die naar het buitenland worden meegenomen, dienen ingeënt te worden tegen hondsdolheid (rabiës). Deze enting is onderhevig aan verschillende eisen voor verschillende landen. De meeste landen eisen dat deze enting tussen de 1 en 12 maanden voor binnenkomst in het land is gegeven. Vraag uw dierenarts voor de specifieke eisen van uw land van bestemming. Vooral voor Engeland en Scandinavië gelden vaak aanvullende eisen die veel tijd kosten, dus begin op tijd met nakijken van de eisen waaraan u moet voldoen. (zie ons artikel met de verschillende invoereisen per land).
Vroeger kregen de meeste honden ook een enting tegen de besmettelijke hondenhoest. Dit hoorde min of meer standaard bij de cocktailenting. Tegenwoordig is meer bekend van de werking van deze enting; de injectie die van oudsher gebruikt werd heeft een minder goede werking en enkele bijwerkingen. Deze enting geeft voldoende bescherming voor slechts enkele maanden. De nieuwste methode is de neusenting, die een goede bescherming geeft en tevens in besmet milieu (bijvoorbeeld een kennel/pension, hier kan de infectiedruk erg hoog zijn) gegeven mag worden. Niet alle honden krijgen bij ons meer de kennelhoest enting, daar wij van mening zijn dat deze enting een te commercieel vaccin is en eigenlijk voor de meeste honden niet nodig is. In principe enten wij enkel de dieren die extra vatbaar zijn voor kennelhoest (bijvoorbeeld pups die naar een puppycursus gaan) en degenen waarbij het verplicht is; dus vaak als de dieren naar een kennel/pension gaan. Overleg altijd even met een van onze dierenartsen of deze enting bij uw hond ook aangeraden wordt.
Bij fokteven kan eventueel tegen het herpesvirus worden geënt. Bent u van plan om met uw teef te gaan fokken, dan kunt u altijd te zijner tijd contact hierover opnemen met ons.
Hondenziekte
Deze ziekte komt voornamelijk voor bij jonge dieren en wordt verspreid via speeksel, urine en ontlasting. De dieren krijgen last van diarree, ontstekingen van de oogleden en slijmvliezen en ze krijgen koorts. Vaak verloopt de ziekte fataal ondanks behandeling. De hondenziekte zit in de 6 en 12 weken vaccinatie. Een jaar na de 12 weken vaccinatie wordt hij nogmaals herhaald en daarna elke 3 jaar.
Parvo
Komt ook voornamelijk voor bij jongen dieren en wordt verspreid via de ontlasting. De dieren krijgen zeer ernstige (“explosieve”) bloederige diarree en braken. De ziekte verloopt vaak fataal ondanks intensieve behandeling. Parvo zit in alle puppyvaccinaties (op 6, 9 en 12 weken). Een jaar na de 12 weken vaccinatie wordt hij nogmaals herhaald en daarna elke 3 jaar.
Besmettelijke leverziekte
Deze ziekte kan op elke leeftijd voorkomen en wordt verspreid via alle uitscheidingsproducten (urine, ontlasting, speeksel, bloed, traan- en oogvocht, etc). De dieren krijgen last van een leverontsteking en kan fataal zijn. Puppy’s worden op 12 weken leeftijd gevaccineerd tegen deze ziekte. Na 1 jaar wordt deze vaccinatie herhaald en vervolgens elke 3 jaar.
Ziekte van Weil
De ziekte van Weil is onderdeel van Leptospirose. Deze ziekte kan op alle leeftijden voorkomen en wordt verspreid via urine. De verspreiding gebeurt niet alleen tussen honden maar ook via ratten kan de ziekte zich verspreiden. De dieren krijgen nierontsteking en vaak ook geelzucht. Indien niet op tijd wordt behandeld verloopt de ziekte fataal. De vaccinatie tegen de ziekte van Weil wordt gegeven op 9 en 12 weken. Daarna wordt deze elk jaar herhaald.
Bordetella (besmettelijke hondenhoest)
Kan voorkomen op alle leeftijden en wordt via de lucht of neus-op-neus contact overgebracht. De dieren gaan hoesten en kokhalzen. De gevolgen van de kennelhoest zijn niet ernstig en de behandeling is afhankelijk van de heftigheid van de symptomen. De vaccinatie kan vanaf 9 weken leeftijd worden gegeven. Wij adviseren dieren met een verhoogd risico te vaccineren:
- puppy’s (zeker als deze naar puppycursus oid gaan)
- honden die naar de kennel gaan
- honden die mee gaan met uitlaatservice
- honden die naar shows gaan
De vaccinatie biedt 1 jaar bescherming en zal dus desgewenst jaarlijks herhaald moeten worden.
Rabiës
Rabiës kan voorkomen op alle leeftijden en is ook besmettelijk voor mensen (zoonose). De ziekte komt vrijwel niet voor in Nederland en wordt verspreid via het speeksel van besmette dieren (onder andere vossen en vleermuizen). De ziekte verloopt fataal voor mens en dier. Dieren mogen vanaf een leeftijd van 3 maanden (12 weken) worden gevaccineerd en moet daarna (desgewenst) elke 3 jaar herhaald worden. De vaccinatie is verplicht bij alle dieren die Nederland (tijdelijk) verlaten en moet minimaal 3 weken voor vertrek gegeven zijn.
Lyme
Borrelia wordt overgedragen door teken. Niet alle tekensoorten zijn in staat de ziekte over te dragen. In Nederland is gemiddeld 1 op de 5 teken (20%) besmet met Borrelia. Teken zijn actief van het voorjaar tot diep in het najaar. Goede tekenbestrijding is zeer belangrijk maar voor extra bescherming bestaat er ook een vaccinatie. Na de eerste toediening moet de vaccinatie geboosterd (herhaald) worden na 3 weken om een goede bescherming te verkrijgen. Daarna moet de vaccinatie jaarlijks herhaald worden.