Keratoconjunctivitis Sicca (KCS) bij de hond
Keratoconjunctivitis sicca (KCS), in de volksmond “droge ogen” genoemd, is een van de meest voorkomende oogproblemen bij honden – 1 op de 22 heeft er last van….dus wel noodzaak om er op te letten als eigenaar en dierenarts.
Droge ogen worden veroorzaakt door te weinig traanproductie. De traanfilm is afwijkend, waardoor er een ontsteking ontstaat van het hoornvlies en de bindvliezen. Het gaat vrijwel altijd om een tekort in de waterige fractie van de traanfilm. De aandoening kan aangeboren zijn of erfelijk, maar meestal ontwikkelt de ziekte zich op latere leeftijd. Een afwezige of slecht aangelegde traanklier kan bij jonge honden zorgen voor KCS. Hormonale aandoeningen als suikerziekte en de ziekte van Cushing kunnen KCS tot gevolg hebben. Ook bepaalde medicijnen (TMP-s) kunnen KCS als bijwerkingen hebben. Schade van de traanklieren door trauma, infectie, tumorgroei of chronische ontstekingen kunnen ook leiden tot KCS. De meest voorkomende oorzaak van KCS is echter de afbraak van de traanklieren door het eigen immuunsysteem van de hond (auto-immuunaandoening). Dit betekent dat er te weinig natuurlijk traanvocht wordt geproduceerd. De beschadiging van de traanklieren is onomkeerbaar. Bij uitblijvende behandeling gaan de traanklieren uiteindelijk geheel verloren en kan de hond geen traanvocht meer produceren. Droge ogen is een pijnlijke aandoening die uiteindelijk tot blijvende blindheid kan leiden.
Afbeeldingen van honden met droge ogen – ze zien er niet het zelfde uit
Natuurlijke tranen (de traanfilm) vervullen belangrijke functies die bij droge ogen verloren gaan: ze bevatten essentiële voedingsstoffen en zuurstof, bevochtigen en reinigen het oog en helpen infecties te voorkomen. Zonder traanvocht wordt het oog zeer droog en pijnlijk. Conjunctivitis, ooginfecties en zweren treden vervolgens vaker op en er kan afscheiding uit de ogen komen. Op het oogoppervlak kunnen nieuwe bloedvaatjes ontstaan en kan donkere pigmentatie optreden. Deze veranderingen leiden uiteindelijk tot permanente blindheid. Het is cruciaal om droge ogen vroegtijdig vast te stellen voordat deze ongewenste veranderingen ernstige vormen aannemen en het traanklierweefsel grotendeels wordt afgebroken.
Het is belangrijk om te onderkennen dat KCS in de overgrote meerderheid van de gevallen een levenslange aandoening is die levenslang moet worden behandeld. Indien de aandoening niet juist wordt behandeld, ondervindt de hond veel ongemak en verliest hij uiteindelijk zijn gezichtsvermogen, met een sterk verminderde kwaliteit van leven als gevolg.
KCS kent verschillende verschijningsvormen en kan dus niet worden vastgesteld door er alleen naar te kijken. Gelukkig bestaat hiervoor een snelle en eenvoudige test, en kan de aandoening met de juiste behandeling op de lange termijn goed onder controle worden gehouden.
KCS kan bij alle rassen en op alle leeftijden optreden, dus het is belangrijk om te weten op welke symptomen men moet letten. Rassen waar we KCS vaak bij zien zijn de Cavalier King Charles Spaniel, de West Highland White Terrier en andere kortsnuitige rassen zoals de Shih-Tzu.
Symptomen
Meestal zien we een continue slijmerig tot pussige uitvloeiïng van één of beide ogen, rode geïrriteerde bindvliezen en gezwollen oogleden door chronische irritatie van hoornvlies en bindvliezen. De ogen zien er wat dof uit en de hond of kat is pijnlijk aan de ogen. Later kan er een blauw-wit troebele verkleuring van het hoornvlies optreden. Bij ernstige gevallen kan deze chronische ontsteking leiden tot een permanente beschadiging van het oog of zelfs tot blindheid! Soms zien we ook dat de neus wat droog en is en korstjes heeft of zelfs wat pussige uitvloeiïng vertoont.
2 voorbeelden van honden met droge ogen…
je ziet duidelijk de verkleuring van de ogen, de uitdroging, de pus op het oog, de enorme bloedvatingroei…dit zijn al ver gevorderde stadia, hetgeen we moeten proberen te voorkomen.
De symptomen op een rijtje:
- Knipperen met de ogen
- Wrijven aan de ogen
- Rode en gezwollen bindvliezen
- Pussige ooguitvloeiing
- Droge neusspiegel (kan eenzijdig zijn)
- Pigmentvorming
- Vaatingroei
- Vorming van een witte waas over het hoornvlies
- Zweren/ulcera op het hoornvlies, soms zelfs perforerend
Diagnose
Bij ieder chronisch probleem aan de ogen kan KCS een rol spelen. Met name bij klachten van een chronische of recidiverende conjunctivitis na of ondanks behandeling, moeten we aan mogelijk KCS denken. We kunnen in dergelijke gevallen de traanproductie meten met de Schirmer Tear Test. Hierbij worden stripjes met een kleurstof in de ooglidrand aangebracht, en gemeten hoeveel tranen er gedurende een minuut geproduceerd worden (normaal 13-23 mm in 1 minuut, NB een pijnlijk ontstoken oog hoort veel meer tranen te produceren!). Is de traanproductie lager dan normaal dan is er een sterke verdenking op KCS. De gevolgen van de uitdroging op het oog worden tijdens de controle ook bekeken; Het hoornvlies kan ernstig beschadigd raken ten gevolge van uitdroging en infectie.
Behandeling
De behandeling is gericht op het zo vochtig mogelijk maken en houden van het oog. Bovendien moet vrijwel altijd een bijkomende infectie behandeld worden. De behandeling is, zeker in het begin, zeer intensief. Indien in het beginstadium van de ziekte deze behandeling goed wordt volgehouden zal vaak op de langere termijn een minder intensieve behandeling nodig zijn. Omdat niet ieders agenda hetzelfde schema toelaat moet deze intensieve therapie in overleg gebeuren. Eventuele pussige uitvloeiïng moet goed uitgespoeld worden met fysiologische zoutoplossing vóórdat een zalf of druppel wordt toegediend in het oog. Eventueel kunnen hiervoor acetylcysteïne oogdruppels worden gebruikt.
Er zijn 3 basis richtlijnen die bij behandeling van toepassing zijn:
- Stimuleren van de traanproductie: 2 maal daags moet het aangetaste oog gezalfd worden met een oogzalf die de traanklieren stimuleert. Soms wordt als aanvulling hierop nog een tweede medicijn voorgeschreven, welke 1 maal daags in de bek moet worden gegeven. Als bijwerking kan het dier door deze laatste medicatie wel gaan speekselen of diarree veroorzaken, in dat geval wordt de dosis verlaagd.
- Infectie bestrijden: Zolang er sprake is van pussige ooguitvloeiïng moet na spoelen ook een antibioticum zalf gegeven worden. Deze wordt 4 x daags in het oog gedruppeld
- Vochtig houden van het oog/traanvocht nabootsende medicatie: Verdeeld over de dag worden kunsttranen gegeven. De bedoeling is dat indien mogelijk elk uur (of in ieder geval zo vaak mogelijk, liefst niet minder dan 6 keer daags) wordt gedruppeld of gezalfd. Hierin kunnen we variëren naar gelang de mogelijkheden van de eigenaar
Voor een juiste werking dient na de toediening van een oogdruppel 5 minuten te worden gewacht totdat de volgende oogmedicatie wordt toegediend. Na de toediening van een oogzalf is dit 15 minuten.
De meest gebruikte medicatie in de behandeling van KCS:
- Acetylcysteïne oogdruppel: Dit helpt de pussige ooguitvloeiing op te lossen. Het is raadzaam dit toe te passen voorafgaand aan de oogmedicatie. Na het oplossen van de pus moet het oog voorzichtig worden schoongespoeld met lauwwarme fysiologische zoutoplossing. Acetylcysteïne heeft daarnaast ook een antibacterieel effect.
- Cyclosporine A oogzalf (Optimmune canis®): Deze oogzalf is onmisbaar bij de behandeling van KCS. De afbraak van de traanklier door het eigen immuunsysteem wordt door deze zalf sterk geremd en het overgebleven deel traanklier wordt gestimuleerd tot meer traanproductie. Het succespercentage ligt tussen de 71%-86%, mits er bij aanvang van de therapie nog wel enige traanklieractiviteit aanwezig is (>2 mm/minuut). Het is dus belangrijk dat na het stellen van de diagnose KCS zo snel mogelijk wordt gestart met deze zalf. Er wordt gestart met 2x daags zalven. Het maximale effect wordt in ongeveer 6 weken bereikt, waarna controle nodig is. Afhankelijk van het effect kan de frequentie van de toediening worden aangepast. Bij te weinig effect bestaat er nog een zalf met een sterkere concentratie. Een van de weinige bijwerkingen die kan worden gezien is kortdurende irritatie van het oog direct na toediening van de zalf. Deze reactie verdwijnt vaak na de eerste week. Over het algemeen is de behandeling met cyclosporine levenslang.
- Tacrolimus oogdruppel: Indien de cyclosporine oogzalf (inclusief de sterkere variant) onvoldoende effect heeft, zal worden overgestapt op de tacrolimus oogzalf. Dit middel remt, op net iets andere wijze dan de cyclosporine, de verdere afbraak van de traanklier en stimuleert de traanproductie.
- Pilocarpine druppels: In enkele gevallen kan het gebruik van pilocarpine geïndiceerd zijn om de traanproductie te stimuleren. Deze druppels worden meerdere malen per dag in de bek toegediend, bij voorkeur met iets lekkers om de bittere smaak te verdoezelen.
- Antibiotica oogmedicatie: Bij ernstige, acute KCS met infecties en bij hoornvlieszweren moet oogmedicatie met antibiotica meerdere malen per dag worden ingezet. Vaak wordt hiermee snel verbetering gezien, omdat de bacteriën worden gedood. Deze verbetering zegt echter niets over het onderliggende probleem, de verminderde traanproductie. Zodra de traanproductie door bijvoorbeeld cyclosporine is verbeterd zullen bacteriële infecties veel minder makkelijk optreden
- Glucocorticoïden oogmedicatie: In acute en ernstige gevallen van KCS waarbij het hoornvlies forse troebelingen vertoont kan meerdere malen per dag een prednison-achtige oogmedicatie worden ingezet, mits het hoornvlies intact is.
- Traanvocht nabootsende medicatie (kunsttranen): Tot het moment dat de traanfilm weer geheel genormaliseerd is (of levenslang als de traanproductie onvoldoende blijft) dienen kunsttranen te worden gebruikt om de ogen te beschermen tegen uitdroging, micro-organismen en zaken als stof en pollen. Ze zorgen ervoor dat de ogen van de hond veel comfortabeler aanvoelen. Ze mogen zo vaak als mogelijk gebruikt worden.
In zeer ernstige gevallen, waarbij honden niet reageren op bovenstaande behandeling, is chirurgie nog een laatste mogelijkheid. De afvoergang van de speekselklier wordt hierbij op het oog aangesloten. Echter bij heel weinig dieren is dit een optie, omdat de ziekte dan aan bepaalde kenmerken dient te voldoen. In de realiteit wordt chirurgie slechts in uitzonderlijke gevallen aanbevolen.
Controle
Om het ziekteverloop en de behandeling goed te controleren is het nodig de ogen regelmatig te laten nakijken. De eerste controle wordt na 3 weken gedaan, tenzij al er eerder problemen zijn met de behandeling, of er een verslechtering optreedt. Bij de controle wordt nogmaals de hoeveelheid traanvocht gemeten. Op de dag van dit onderzoek is het belangrijk dat de ogen vooraf niet gezalfd en gedruppeld worden, anders wordt de test beïnvloed.
Bij de controle worden de volgende zaken beoordeeld:
- De hond moet zich comfortabeler voelen
- Roodheid van de bindvliezen (moet afnemen)
- Hoeveelheid slijmerige ooguitvloeiing (moet afnemen)
- Transparantie van het hoornvlies moet toenemen (vermindering van vocht, pigment en vaatingroei)
NB Cyclosporine oogzalf is een essentieel onderdeel van de therapie van KCS en meestal is levenslange toediening nodig. Zodra de traanproductie verbetert of zelfs normaliseert is overige medicatie echter in veel mindere mate of zelfs helemaal niet meer nodig!