Epitheliotroop T-cel lymfoom (mycosis fungoides) een zeldzaam voorkomende afwijking
Bij onze dierenkliniek hebben we 2 uitzonderlijke huidpatiënten gehad, die beiden al geruime tijd recidiverende (terugkerende) en wisselende huidproblemen vertoonden. Omdat de problemen allergie gerelateerd leken te zijn werd hier in het verleden regelmatig een therapie voor ingesteld. Tevens werd een schimmelkweek ingezet en werden diverse behandelingen voorgesteld en opgevolgd. De huid bleek hier echter onvoldoende van te herstellen.
Bij de kat die werd aangeboden, met een leeftijd van 18 jaar, was men bij een andere dierenarts reeds geruime tijd bezig en waren de resultaten erg onbevredigend. De kat was doorgestuurd naar de Dierenkliniek en bij eerste onderzoek verdachten wij de afwijkingen van een tumor, dan wel van een chronische lokale ontsteking, die steeds opnieuw een negatieve jeuk prikkel veroorzaakte. In overleg met de eigenaar werd besloten tot rigoureus ingrijpen, namelijk geheel verwijderen van de „afwijking‟ en daarna opsturen naar de patholoog voor een onderzoek. Helaas kwam hier uit “Epitheliotroop T–cel lymfoom” hetgeen dus betekende dat wij niets meer voor de kat konden betekenen en in overleg met de eigenaar werd besloten om symptomatisch te behandelen tot het niet meer ging. Helaas hebben wij reeds afscheid moeten nemen van de kat.
Bij de hond die werd aangeboden ging het om een langdurig aanwezig allergiebeeld, dat in het verleden vele malen was behandeld en destijds goed reageerde op de behandeling. Echter de laatste weken werd het almaar erger en werd de huid slechter en slechter en sloeg geen enkele behandeling meer aan.
Foto’s van de hond voor nemen van huidbiopten: overal over het lichaam afwijkingen
Daarom werd besloten huidbiopten te nemen en op te sturen voor verder onderzoek. Er bleek sprake te zijn van een epitheliotroop T-cel lymfoom.
Epitheliotroop T-cel lymfoom is een kwaadaardige tumor van de huid uitgaande van T-lymfocyten. Dit type tumor komt zelden voor bij honden en katten, en dan met name bij oudere dieren.
Hoe komt deze ziekte tot uiting?
Bij de hond zien we enkelvoudige tot meervoudige verhevenheden (plaques), met een variatie in diameter van enkele millimeters tot meerdere centimeters. Er kan sprake zijn van roodheid, kaalheid, schilfering en jeuk over het gehele lichaam.
Verlies van pigment en ulceraties (wonden) op de overgang van de slijmvliezen naar de huid en ulceratieve stomatitis (ontsteking van het mondslijmvlies met wondjes) kunnen aanwezig zijn.
Deze aandoening is vaak langzaam progressief. In chronische gevallen kunnen de uitwendige lymfeknopen vergroot zijn en kunnen symptomen van algehele lichamelijke betrokkenheid worden gezien.
Bij de kat is er sprake van jeuk en huidontsteking met kaalheid en korstvorming. Op de kop en in de nek kunnen bloedrijke plaques voorkomen. Aantasting van de slijmvliezen en de huid-slijmvlies overgangen komen minder voor dan bij de hond.
De diagnose kan worden gesteld met behulp van celonderzoek en histologisch onderzoek (onderzoek naar celverbanden) van de huid.
Microscopisch beeld; links tumorreus ontaarde lymfocyten (witte bloedcellen), rechts is een zogenaamd microabces te zien, waarbij de opperhuid is geïnfiltreerd met tumorreuze lymfocyten.
Er zijn verschillende therapieën beschreven, maar geen van deze therapieën is genezend. Ze dienen enkel ter ondersteuning zodat de symptomen minder tot uiting komen.
De prognose is uiteindelijk ongunstig.
De oorzaak is vaak onbekend, maar er moet wel gedacht worden aan een steeds terugkerende negatieve prikkeling van de huid door bijvoorbeeld allergie, allergenen, voeding die allergische reacties geeft, atopie etc.
Derhalve des te meer een reden om ieder huidprobleem serieus te nemen.