Sterilisatie van het konijn

Het konijn is de laatste jaren een steeds geliefder huisdier geworden. We doen er alles aan om ons konijn zo lang mogelijk gezond te houden. Daarom is het in veel gevallen belangrijk om uw konijn te laten steriliseren. Meer daarover leest u in deze brief.

Voordelen

• Voorkomt het krijgen van baarmoederkanker of baarmoederontsteking
• Er zijn al genoeg konijnen, u voorkomt door sterilisatie dat er ongewenste nakomelingen geboren
• Uw konijn wordt niet meer schijnzwanger, houdt een aangenamer gedrag en is beter zindelijk te

Leeftijd

Konijnen zijn vruchtbaar vanaf 3 tot 5 maanden leeftijd. Dekking kan dan al plaatsvinden dus vanaf die leeftijd is het verstandig de mannetjes en vrouwtjes van elkaar te scheiden. Tegen de tijd dat een niet-gesteriliseerde voedster 6 jaar is, heeft zij meer dan 75% kans om te sterven aan baarmoederkanker. Dit risico loopt met de jaren op. Een konijn jonger dan 2 jaar heeft zelden baarmoederkanker.

Als konijntjes jong worden gesteriliseerd, is de ingreep gemakkelijker en neemt de kans op baarmoederkanker drastisch af. We verwijderen bij een konijn (tussen de 6 en 8 maanden leeftijd) alleen de eierstokken. Is het konijn al ouder dan verwijderen we de gehele baarmoeder om de kans op baarmoederkanker weg te nemen. Ons advies is om uw konijn tijdig te laten steriliseren, indien mogelijk tussen de 6 en 8 maanden leeftijd en voordat ze 2 jaar oud is. Ook bij een ouder konijn is sterilisatie nog steeds zinvol.

Invloed op het gedrag

Na de sterilisatie nemen de volgende gedragingen af en verdwijnen vaak helemaal:

• Voedsters vertonen vaak ongewenst gedrag, dat mede bepaald wordt door hun hormoonhuishouding. Hierbij kunt u denken aan het verdedigen van het nest (het hok) door aan te vallen op alles dat binnenkomt. Dit is een goede eigenschap voor een zorgzame moeder die jongen heeft maar is minder fijn als u met goede bedoelingen de voerbak wilt vullen! Men ziet in de vruchtbare periode van de hormooncyclus vaak grote stemmingswisselingen, agressie en wipaandrang gericht tegen de partner of tegen het
• Verder zien we met grote regelmaat dat voedsters schijnzwanger zijn en zichzelf haren uit de buik trekken om een warm nest te maken voor de jongen (die uiteindelijk niet zullen komen).
• Een voedster zal haar territorium markeren met urine en geurkeutels. Gesteriliseerde voedsters zijn beter

Nadelen

• Aan elke operatieve ingreep is een risico verbonden, vooral omdat een konijn gevoelig is voor narcose. Met de juiste anesthesie en een goede bewaking tijdens en na de narcose is dit tot een minimum
• Na de sterilisatie verloopt de stofwisseling langzamer. Het konijn heeft beperkt brokjes nodig (ongeveer 20 gram/per kilo lichaamsgewicht per dag). Wel dient altijd onbeperkt hooi en veel groenten gegeven te

Zorg vóór de operatie

Anders dan bij andere dieren mag een konijn NIET vasten voor een operatie. (Dit vasten is om bij andere dieren de misselijkheid ten gevolge van de narcose te voorkomen. Konijnen kunnen niet braken, dus speelt dit niet.)

De belangrijkste complicatie bij het konijn is stasis (stilliggende darmen). Het dier stopt met eten, de keutels blijven weg en er moet worden ingegrepen om de darmbeweging weer op gang te krijgen met behulp van dwangvoeren en soms medicatie. Dit gevaar is kleiner als het konijn goed eet voor de operatie.

De operatie

Wanneer uw konijn gesteriliseerd wordt, zullen we haar allereerst wegen. Ook wordt ze vooraf gevoerd en krijgt ze een pijnstiller en antibioticum. Dit zodat uw konijn tijdens de narcose de beste pijnstilling heeft en het infectierisico zo klein mogelijk is. Via een injectie wordt het konijn daarna onder narcose gebracht. Als het slaapt, worden de ogen gezalfd (tegen uitdroging) en wordt de buik geschoren, gewassen en gedesinfecteerd. Tijdens de operatie wordt het konijn met gasnarcose slapende gehouden. De gasnarcose die het krijgt is een combinatie van zuurstof en isofluraan, welke via een mondkapje wordt toegediend. Verder wordt het konijn ook aan de hartbewaking gelegd, om nog veiliger te kunnen opereren.

Zorg ná de operatie

Na afloop van de operatie krijgt het dier een prikje om wakker te worden. Ook wordt de temperatuur van het konijn goed in de gaten gehouden en gaat ze met een warm kruikje onder de wol. Indien de temperatuur te laag is krijgt ze ook nog een extra warmtelamp. Uw konijn gaat pas weer mee naar huis als ze goed heeft gegeten, gedronken en gekeuteld.

Thuis

Thuis zult u uw konijn nog een paar dagen medicijnen moeten geven. Verder is het heel belangrijk dat ze goed in de gaten gehouden wordt. Let goed op dat ze blijft eten, drinken en keutelen. Soms moet ze een paar dagen bijgevoerd worden of medicijnen krijgen om de darmen op gang te helpen.